Dynamisch werkkapitaalbeheer: methodes om cashflows te berekenen
Dit artikel bespreekt de BHK-kasstroom volgens de vuistregelmethode en de netto kasstroom volgens de indirecte methode.
door Jean Gieskens
Het begrip cashflow staat letterlijk voor kasstroom. De kasstromen van organisaties bestaan uit inkomsten en uitgaven. Het saldo van deze positieve en negatieve stroomgrootheden wordt aangeduid als de netto kasstroom (net cashflow). De kasstromen salderen op enig moment in een liquiditeitspositie op de balans: de post liquide middelen.
De liquide middelen bestaan doorgaans uit één of meer bankrekeningen en een eventuele kaspositie. Op deze bankrekeningen rust veelal een rekening-courantkredietfaciliteit. Dit is een aan de bankrekening gekoppeld doorlopende kredietfaciliteit waarvan het saldo een vooraf bepaald maximum (kredietplafond) niet mag overschrijden. Als gevolg van deze rekening-courantkredietfaciliteit is het voor organisaties dan ook mogelijk om op enig balansmoment een negatieve positie liquide middelen te hebben.
[....]